14 januari 2014

 

Minister De Crem ontvant de vakorganisaties.

Op vrijdag 20 december 2013 voorzag de militaire overheid een technische vergadering over het ontwerp van reglement met betrekking tot de nieuwe sporttesten (Physical Evaluation Fitness – kortweg PhEF). Het was al van 31 januari 2013 geleden dat de syndicale organisaties hadden tezamen gezeten met de overheid om dit item te bespreken.

Voorgeschiedenis.

Tijdens de besprekingen van het nieuwe statuut (Wet G1) waarin de militaire overheid de sporttesten statutair wilde maken, volgde steeds de belofte dat in het reglement een recht zou worden gegeven aan de militair om 3 maal 45 minuten (exclusief omkleden en douchen) fysiek te trainen onder begeleiding van een sportmonitor. Onder deze voorwaarden garandeerde de militaire overheid ons dat iedereen zonder problemen het niveau van 60 percentiel zou halen en levenslang kunnen behouden. Diezelfde visie werd ook ondersteund door de militaire artsen.

Desondanks uitte ACV Openbare Diensten bezwaren op deze ontwerptekst omdat er geen enkel opvangnet was voorzien voor oudere militairen waarvan de mobiliteit verminderde wegens een ongeval of wegens slijtage. Al onze opmerkingen hebben we dan ook na de vergadering van 31 januari 2013 aan de overheid schriftelijk overgemaakt.

Na maanden van stilte werden we opnieuw uitgenodigd op vrijdag 20 december 2013 om verder technisch te overleggen. Tot onze grote verbazing waren de teksten die we toen ontvingen geen aanpassing aan de bestaande basistekst maar wat het een totaal nieuw ontwerp.

Totaal onaanvaardbaar!

We waren pas helemaal mistevreden toen we vaststelden dat in dit nieuwe ontwerp de verantwoordelijkheid tot slagen in de fysieke testen volledig bij de militair werd gelegd in plaats van een gedeelde verantwoordelijkheid zoals beschreven was in de vorige versie. Daarbovenop schrapte de militaire overheid het recht op sport.
En een tegemoetkoming aan onze voorstellen was al helemaal onvindbaar.

Vakbonden schorten de vergadering op!

Met de vier organisaties spraken we af om niet langer deel te nemen aan de technische vergaderingen.

Het vertrouwen was zodanig geschonden, dat een samenwerking niet meer mogelijk leek. Hierop hebben de vier organisaties de minister aangeschreven met de vraag om bij hoogdringendheid hem te ontmoeten met als doel duidelijke afspraken te maken rond verschillende heikele thema’s die nog invulling moeten krijgen in het nieuw statuut of die aangepast moeten worden.

De knelpunten:

  • Nieuwe fysieke testen – voorzien van voldoende trainingsfaciliteiten.
  • Het beheer van het personeel op het vlak van mutaties
  • De problematiek die ontstaan is rond de overgang van het aanvullingskader naar het beroepskader. (voor de drie categorieën)
  • De postbeoordeling
  • De bescherming van onze vakbondsafgevaardigden.

Onderhoud met de minister op 14 januari 2013.

Tijdens de vergadering verklaart de minister dat hij niet de gewoonte heeft om rechtstreeks tussen te komen bij een militaire autoriteit. De minister was wel bereid om te overleggen met de Chef van Defensie waarbij hij suggesties en richtlijnen zou overmaken om de gesprekken tussen vakbonden en militaire overheid te kunnen hervatten. Hijzelf vond het niet meer dan normaal dat de militair de mogelijk moet krijgen zich voor te bereiden op de fysieke testen.

Ook voor de andere thema’s moet volgens de minister in gezamenlijk overleg naar een oplossing gezocht worden.

De vakorganisaties willen enkel de gesprekken heropstarten indien dit gebeurt op basis van de teksten die ons voorgelegd werden in januari 2013.

De bal ligt nu in het kamp van de militaire overheid om ons aanvaardbare en overlegbare teksten voor te leggen.


Download de "pdf" versie van deze nieuwsbrief